Evaluatie: Zijn het echt alleen nog de aanvoerders die verhaal halen? Zo gaat het er nu aan toe in het Twentse amateurvoetbal

Evaluatie: Zijn het echt alleen nog de aanvoerders die verhaal halen? Zo gaat het er nu aan toe in het Twentse amateurvoetbal

Alleen aanvoerders mogen sinds dit seizoen nog in gesprek met de scheidsrechter om uitleg te vragen over een beslissing. Wie dat negeert, kan rekenen op een gele kaart. Deze nieuwe regel in het amateurvoetbal leverde voor aanvang van de competitie veel publiciteit op. Bijna een halfjaar later is het tijd voor een evaluatie.

Terug naar het begin van dit seizoen. BWO-trainer Vincent Bilanovic, SDC’12-aanvoerder Rick Blokhuis en scheidsrechter Dick Beldman werden door De Twentsche Courant Tubantia naar hun verwachtingen rondom de nieuwe richtlijn gevraagd.

‘Het ligt eraan hoe ze het handhaven’, was een van de opmerkingen van Bilanovic. ‘Een scheidsrechter fluit ook voor zijn plezier, niemand zit te wachten op gedoe. De nieuwe regel kan daarbij helpen’, zei Blokhuis. En hoe luidde de mening van de ervaren arbiter Beldman, die al ruim 1700 duels floot? ‘Eigenlijk ben ik geen voorstander van veel kaarten, maar bij deze regel kan het soms zijn dat je er niet aan ontkomt.’

Wat ligt de grens?

Bilanovic begint te lachen als bijna een half jaar later het onderwerp opnieuw ter sprake komt. ‘Het is toch wel weer zoals het vroeger was. Tenminste, ik merk geen verschil’, reageert de trainer.

‘Aan het begin van dit seizoen merkte je wel dat er extra aandacht was voor de regel en vroeg ik ook altijd voorafgaand aan een duel bij de scheidsrechter waar zijn grens lag. Inmiddels begin ik er niet meer over. Het is natuurlijk goed dat niet iedereen alles maar mag roepen. Maar ik vind ook dat emotie bij het spel hoort en niet alles meteen een gele kaart moet opleveren.’

Dat zegt ook scheidsrechter Beldman. ‘Er zit een verschil in de manier waarop iemand iets zegt’, vertelt de leidsman uit Holten. ‘Heel eerlijk: ik geef nog steeds weinig kaarten. Met een stemverheffing kan ik al veel oplossen. Zo niet, dan fluit ik voor een vrije trap. Dan hoor je teamgenoten vaak al zeggen: ‘hou nou eens je mond’. Dan is mijn doel bereikt.’

Profs versus amateurs

Beldman concludeert, net als Bilanovic, dat het fanatisme rondom de handhaving van de nieuwe regel is weggezakt. ‘Kijk alleen maar naar wedstrijden op televisie, soms stormen ze met zijn allen op een scheidsrechter af. En dan volgen er echt niet massaal gele kaarten. Zolang het in het profvoetbal niet ingeburgerd is dat alleen de aanvoerder wat mag vragen, gaat het in het amateurvoetbal ook niet gebeuren.’

SDC’12-captain Blokhuis ziet nog wel een verschil met voorgaande jaren. ‘Toen was er echt veel meer gezeur. Nog steeds komen sommige scheidsrechters voor een duel al bij je om aan te geven dat alleen de aanvoerder iets mag zeggen. Toch merk je ook dat bijna elke scheidsrechter wel begrip heeft voor een eerste reactie van een speler. Dat is alleen maar goed.’

En anders moet Blokhuis als aanvoerder ingrijpen. ‘Gelukkig is dat niet vaak nodig’, aldus de captain die met SDC’12 bovenaan staat in de derde klasse. Dan is er ook minder aanleiding voor ergernis, toch?

‘Het helpt vast. Maar we hebben wel een paar ‘praatkaarten’ gehad. Je kunt niet alles voorkomen. Die waren dan wel weer goed voor onze boetepot.’

Tijdstraf beter?

Beldman kijkt ondertussen met interesse uit naar een pilot van de KNVB in de districtsbeker. Vanaf de achtste finales moet een speler die een gele kaart ontvangt tien minuten plaatsnemen op de tijdstrafbank.

‘Dan straf je meteen een heel team en ik geloof dat daardoor het aantal gele kaarten gaat afnemen. Nu volgt, als een speler een bepaald aantal gele kaarten heeft, een schorsing voor de volgende wedstrijd. Dat is best gek. Dan heeft een andere tegenstander er voordeel van. Het beste is meteen een sanctie.’

Bron: www.tctubantia.nl